De rijksoverheid, provincies, landbouworganisaties en individuele agrarische bedrijven
monitoren de kwaliteit van het freatische grondwater. De gegevens uit de verschillende
meetnetten worden gebruikt om beleidsmaatregelen te evalueren en zonodig bij te stellen.
Het blijkt echter moeilgk te zijn de effecten van deze maatregelen te bepalen. De oorzaak hiervan is de grote ruimtelijke en temporele variatie in de rneetgegevens. De belangrijkste oorzaak van de temporele variatie in de rneetgegevens is de invloed van meteorologische condities op de stofconcentraties in het freatische grondwater. In dit onderzoek is deze meteorologzsche invloed op de grondwaterkwaliteit nader bestudeerd door middel van modelberekeningen met Hydrus-ID. De in dit onderzoek verkregen inzichten pleiten voor het gebruik van vaste meetpunten (peilbuizen) in de plaats van ‘open boorgat’ metingen voor het vaststellen van trendmatige veranderingen in de grondwaterkwaliteit. Bovendien kunnen de nieuwe inzichten de meetnetontwerper helpen bij de keuze voor een optimale filterdiepte, filterlengte en meetfrequentie, die goed aansluit bij zijn of haar meetdoel.